Tijdens de voorstelling van Colombo leek het doel van de presentatrice om ons allemaal bang te maken. Ze bleef maar benadrukken dat het een heel “levendige” stad is, met alle bijhorende geuren en geluiden. Ze had het ook over de rampzalige stop van een ander P&O schip een paar maanden geleden. Het was de eerste keer in ongeveer tien jaar dat een cruiseschip Sri Lanka bezocht, en het schip werd bijna bestormd door plaatselijke taxichauffeurs. Om ons een idee te geven van de infrastructuur van het eiland liet ze ons ook weten dat een van de excursiebussen geen stoelen had, maar “comfortabele” kussens op de vloer van de bus. Juist ja. De dag voor onze voorziene stop laat de kapitein weten dat ons verblijf in Mumbai met een paar uur verlengd wordt, en dat we daardoor maar een halve dag in Sri Lanka kunnen blijven. Dat betekent dat onze daguitstap naar het olifantenreservaat niet meer kan doorgaan, dus moeten we halsoverkop onze plannen wijzigen. We gaan dan maar voor ons vertrouwde Plan B: tempels in de hoofdstad. We beslissen om nog maar eens ons leven riskeren in een tuk-tuk, maar het blijkt niet evident om een betrouwbare chauffeur te vinden. Bij het buitenwandelen van de haven wordt er letterlijk gevochten voor klanten. Een van de chauffeurs die onze aandacht probeert te trekken, krijgt zelfs klappen van een andere tuk-tukbestuurder omdat hij zijn beurt niet netjes afgewacht heeft. Wij hebben geen zin om ons in die heksenketel te mengen, en wandelen verder tot we in een rustiger deel van de stad zijn. Daar vinden we alsnog een chauffeur die bereid is om ons rond te voeren. Onze tuk-tuk is gloednieuw en waarschijnlijk is onze chauffeur even groen als zijn kar. De eerste tempel waar hij ons afzet, blijkt de verkeerde. We hadden een grote tempel met mooie muurschilderijen besteld, en krijgen een oninteressant betonnen gebouw met een versleten boeddhabeeld in plaats. Op mijn kaartje toon ik nog maar eens welke tempel we bedoelen, en even later staan we dan toch in de juiste tempel. De binnenkant is inderdaad schitterend versierd, en we nemen uitgebreid de tijd om rond te kijken. Net op het moment dat wij vertrekken, komen de bussen met excursiepassagiers toe, en is het gedaan met de rust. De tweede tempel op het programma is de grootste in Colombo, en zonder twijfel de vreemdste die wij al bezocht hebben. Tempels krijgen wel vaker giften van gelovigen, en in deze tempel worden alle donaties geetaleerd. Er is een museum vol kasten, potten en pannen, bestek, schilderijen, en zelfs een oldtimer en een ambulance, maar het vreemdste van al is de levende olifant op de binnenkoer. Zo krijgen we onverwacht toch nog een olifant te zien vandaag. Het is in ieder geval een tempel met een heel hoog WTF-gehalte. Onze korte stop in Colombo zit er bijna op, dus vragen we onze chauffeur om ons terug te brengen naar de boot. Onderweg zien we nog iemand kotsen uit een busraam, en even later blijkt dat onze tuk-tukchauffeur de haven niet weet zijn. Nadat we een paar willekeurige voorbijgangers om de kortste weg naar de boot vragen, arriveren we toch nog ruimschoots op tijd aan onze Aurora, alweer een interessante ervaring rijker. Colombo heeft dan wel niet zo heel veel te bieden, we hebben toch een heel amusante en avontuurlijke voormiddag gehad. |
|||