The world's best shortcut

Woensdag is het tijd voor onze transit door het Panamakanaal. Thomas en ik hebben geen idee wat we daarvan moeten verwachten, en we beschouwen het kanaal in de eerste plaats als een handige shortcut: anders zouden we helemaal rond Zuid-Amerika moeten om in de Pacific uit te komen, en nu kunnen we dat op 1 dag. Andere passagiers hebben blijkbaar speciaal deze cruise geboekt om door het Panama kanaal te kunnen varen, en ook de mensen die excursies verkopen beweren dat onze transit ongetwijfeld het hoogtepunt wordt van het eerste deel van onze cruise.

De eerste reeks sluizenDe eerste reeks sluizenOnze nieuwsgierigheid is gewekt, en we besluiten dan om toch maar op tijd op te staan om niets van het gebeuren te missen. Rond 7u30 is onze aankomst aan de eerste sluis voorzien. Wij staan om 7 uur op, en vinden dat zeker vroeg genoeg op vakantie, maar de rest van de boot is het daar duidelijk niet mee eens. Op het bovendek is het drummen geblazen, en van op de zevende rij kunnen we niet veel zien van onze entree in het kanaal. Ik heb geen zin om een hele dag te staan springen op de laatste rij, in de hoop af en toe een flits te zien van een van de sluizen, en ga op zoek naar een alternatief.

Ik zie dat er helemaal vooraan op het schip een aantal mensen gaan zitten zijn onder de schuine glazen windbrekers. Het is hier te laag om te staan, maar er is meer dan genoeg plaats is voor Thomas en mij om er gezellig te gaan bijzitten. We installeren ons helemaal op de eerste rij op het bovenste dek, en hebben een geweldig zicht op de eerste collectie sluizen. Deze drie opeenvolgende sluizen moeten onze boot in totaal 26 meter hoger liften, om op gelijke hoogte te komen met het Gatun-meer tussen de Atlantische en de Stille Oceaan.

Veel ruimte voor fouten is er nietVeel ruimte voor fouten is er nietOnze boot is gebouwd op “Panamax” formaat, en dat wil zeggen dat hij in deze sluizen aan weerszijden maar een centimeter of 30 speling heeft. Aan weerskanten worden we met ijzeren kabels vastgemaakt aan trekkarren die de boot stabiel moeten houden, maar toch maken we een klein botsinkje bij het binnenvaren van de eerste sluis.

“Daar gaat de verf”, merkt Thomas droog op. Er beginnen een paar mensen rondom ons te lachen, en iemand anders doet een praktisch voorstel: “Zo weten ze bij de dagelijkse knutsel- en schilderclub ook weer wat gedaan morgen”.

Halverwege de tweede sluis wisselen we toch eens van positie. Van op de eerste rij heb je een goed overzicht op de sluizen maar doordat je zo hoog zit, merk je amper dat de boot omhoog gaat. We verhuizen naar het zevende, waar we op het Promenadedek een heel ander zicht krijgen op de sluis. Hier zien we pas echt goed hoe dicht we bij de muren van de sluis zitten, en hoe snel het stijgende water ons omhoog tilt. In iedere nieuwe sluis beginnen we ongeveer op landhoogte. Mochten we willen (en mochten de bewakers niet zo streng kijken), zouden we zomaar van de boot kunnen stappen om Panama binnen te wandelen. Van zodra de poort van de sluis achter ons dichtgaat, en het water begint te stijgen, zijn we in geen tijd een kleine 10 meter hoger. Dit is verdraaid indrukwekkend.

Op krokodillenjachtOp krokodillenjachtAls we veilig en wel door de drie sluizen gegaan zijn, is de pret nog niet gedaan. In plaats van in een saai kanaal met aan weerskanten hoge betonnen muren, komen we terecht in een meer vol kleine eilandjes met tropische begroeiing. Naar het schijnt kan je hier zoutwaterkrokodillen en slingeraapjes spotten, maar wij moeten het doen met de talloze vogels die rond onze boot cirkelen en een paar verdwaalde vlinders. Een van de vlinders had duidelijk mentale problemen, en is in een wanhoopsdaad recht de airco ingevlogen.

We zijn nog nooit eerder zo ver zuidelijk geweest, en dat zullen we geweten hebben. Het is hier tropisch warm, en zelfs in de schaduw snakken we naar verkoeling. Rond de middag komen we in een hevige stortbui terecht die in een paar minuten tijd de hele barbecue rond het zwembad verzuipt. Een kwartiertje later is van de regen niets meer te merken, en onder een stralende zon onderneemt het barbecuepersoneel een tweede poging.

Het Panama MeerHet Panama MeerHet is duidelijk dat een Panama-transit ook voor de crew iets uitzonderlijks is. We zien geregeld personeel in alle mogelijke tenuetjes (bar, restaurant, onderhoud, schoonmaak, entertainment,...) op het dek verschijnen om foto’s te nemen van elkaar en van het meer. Ook zij kunnen hun opwinding over de mooie omgeving niet verbergen.

Voor de eerste keer deze reis realiseer ik mij ten volle dat we op wereldcruise zijn. De Caraiben hadden we al eerder bezocht en Madeira was ook niet bepaald een cultuurshock, maar dit is zo anders! Het technische vernuft van het kanaal in combinatie met de waanzinnige natuur om ons heen kan ik nergens anders mee vergelijken.

Panama CityPanama CityRond 15u komen we aan bij de Pedro Miguel sluis. We zwaaien vriendelijk naar de mensen beneden op de kade, en even later zijn wij gedaald tot op gelijke hoogte, en heten ze ons welkom in Panama. Het blijft toch iets aparts, zo’n sluis. Vanuit de Miraflores sluizen zien we even later de Bridge of the America’s, de verbinding tussen Noord- en Zuid-Amerika die je helemaal naar Kaap Hoorn of naar Alaska kan brengen. Voor we onder die brug varen, en aan onze tocht richting San Francisco kunnen beginnen, krijgen we nog een laatste onverwacht zicht: midden uit het regenwoud zien we de wolkenkrabbers van Panama City opdoemen. Het ziet er uit als een enorm moderne stad, en het voelt vreemd na een volledige dag in de jungle.

En dan zijn we plots in de Pacific. Talloze schepen liggen hier te wachten tot zij aan de beurt zijn om de oversteek te maken. Ik kan alleen maar hopen dat zij er net zo van zullen genieten als wij. Wat een onvergetelijke ervaring!