Dag 13: Afdalen in de Canyon en cruisen op Route 66

Het is nog maar iets na 6u, maar ik ben al klaarwakker en ik weet dat ik de slaap niet meer ga kunnen vatten. Thomas is ondertussen wakker geworden van mijn gewoel, en we beslissen om dan maar een vroege start te nemen, want we hebben een drukke dag gepland. Om 7u staan we al te wachten op de Grand Canyon shuttlebus, en op dit vroege uur zien we meer wilde rendieren dan mensen. Die beesten staan zo maar op de parking te knabbelen aan de bomen, en lijken zich bijzonder weinig aan te trekken van onze aanwezigheid.

Klaar voor de afdalingKlaar voor de afdalingDe shuttlebus zal ons naar de South Kaibab Trail brengen, het beginpunt van onze afdaling in de Grand Canyon. Dit wandelpad is een stuk minder populair en minder bekend dan de Bright Angel Trail, omdat het een stuk steiler is, en omdat er onderweg nergens drinkbaar water of schaduw te vinden is. Bij een natuurwandeling gaan wij uit van het principe "hoe minder zielen hoe meer vreugd", dus lijkt deze trail ons de beste optie. Bovendien zijn de zichten op de canyon naar het schijnt spectaculairder.

Steil!Steil!Van bij het begin gaat het pad in een sneltempo naar beneden, en bij iedere stap kan ik alleen maar denken: “Help, ik moet straks heel dat stuk terug naar boven lopen”. Het plan is om vandaag tot aan Skeleton Point te wandelen, het verste punt dat volgens de rangers haalbaar is op 1 dag. Er zijn mensen die er in slagen om op een dag helemaal naar beneden en terug naar boven te wandelen (hoogteverschil: 2 x 1457 m), maar dat lijkt ons toch iets te hoog gegrepen. Skeleton Point is voor ons ver genoeg: op 5 km gaan we 622 meter dalen, en daarna moeten we dat nog eens herhalen in de andere richting. Rekening houdend met het feit dat de laatste kilometer zo goed als vlak is, kan ik jullie verzekeren dat het een steile wandeling is.

Blijven gaanBlijven gaanVan zodra je een paar meter afdaalt, krijg je een heel ander zicht op de canyon. Heel veel mensen keren terug na Ooh Aah Point (de eerste keer dat je een volledig overzicht krijgt van de canyon) of na Cedar Ridge (waar zelfs toiletten voorzien zijn), nochtans zijn de zichten tussen Cedar Ridge en Skeleton Point het mooist. Aan Skeleton Point zitten we ongeveer halverwege tussen de twee grote rotsmuren, en dan krijg je pas echt een idee van hoe immens groot de grand canyon wel is (hoewel de naam eigenlijk ook al iets verraadt).

Skeleton PointSkeleton PointWe nemen de tijd om te genieten van het uitzicht, en verzamelen de nodige moed om aan de klim terug naar boven te beginnen. Het vervelende aan een wandeling in de Canyon is dat de tweede helft van je wandeling altijd veel lastiger is dan de eerste. Naar beneden wandelen kan iedereen, maar de klim naar boven is een stuk zwaarder. Naar het schijnt worden er jaarlijks honderden mensen uit de Canyon geëvacueerd die zichzelf overschat hebben.

De Inner CanyonDe Inner CanyonTijdens onze eerdere wandelingen deze reis hebben we ontdekt dat je rapper boven bent als je trager klimt, en ook hier blijkt deze aanpak te werken. Onze tegenliggers zijn allemaal bijzonder sympathiek, en verlenen voorrang aan klimmend verkeer. Ondertussen spreken ze ons bemoedigend toe, en een vriendelijke man vraagt ons zelfs of we nog voldoende water bij hebben om zonder problemen tot boven te geraken. Wij zijn goed voorzien, maar dat kan niet van iedereen gezegd worden. Op een bepaald moment worden we ingehaald door een loper (!!!) die in een minuscuul shortje naar boven snelt. Hij heeft geen rugzak bij, geen t-shirt, en zelfs geen water. Zotte kerel.

Made it!Made it!Voor ik het goed en wel besef, zijn we alweer terug aan Cedar Ridge, even later aan Ooh Aah Point, en nog een half uurtje later staan we weer helemaal boven. Uiteindelijk is het nog niet eens 12u als onze “dagtocht” er al weer op zit. Na alle horrorverhalen over “canyon toe” (grote blaren op de tenen door de steile afdaling) en andere voetperikelen, kan ik mijn lieve bottinekes wel knuffelen omdat ze mij zonder problemen helemaal naar beneden en terug naar boven hebben gebracht. Ik blijf het een mirakel vinden dat ik stapschoenen heb gevonden waarin ik geen blaren krijg.

Bottinekes vol CanyonstofBottinekes vol CanyonstofWe laten Grand Canyon National Park achter ons en rijden verder richting Williams. Hier willen we lunchen, en de GPS stuurt ons recht door het centrum van dit schattige stadje. De Historic Route 66 loopt door Williams, en het lijkt hier alsof ze in het small-town America van de jaren 50 zijn blijven hangen. In het centrum zijn er verschillende ouderwetse winkels en diners, en zo goed als iedereen heeft een roestige benzinepomp voor de deur staan. Het heeft wel iets.

Na Williams rijden we eventjes de Interstate op, maar we voelen ons in onze Midsize SUV veel te klein tussen al die enorme trucks. Bovendien is het nogal hevig aan het waaien, en in een stuk van een kilometer of 25 zien we twee lange vrachtwagens omgekeerd in de middenberm liggen. We laten de autostrade dan maar voor wat ze is, en zoeken iets eerder dan gepland opnieuw Route 66 op.

Route 66Route 66We voelen ons onmiddellijk veel meer op ons gemak. Het is een lange rechte weg, met hier en daar restanten van de “Main Street of America”. In Seligman bijvoorbeeld staat alles in het teken van Route 66. Ze hebben er onder andere een “Road Kill Bar” en een museum gewijd aan de bekendste straat in de VS. Na Seligman komen we in een verlaten gebied terecht. Het enige waaruit hier blijkt dat we op Route 66 zitten zijn onze tegenliggers: bijna allemaal stoere bikers op een Harley Davidson, of koppeltjes in een sjieke old timer. Geweldig!

Mr D'z DinerMr D'z DinerBij Route 66 hoort een passend muziekje, en op het moment dat we de radio aanleggen verkondigt Bruce Springsteen trots dat hij “Born in the USA” is. Ondertussen rijden we langs Ghost Towns, autokerkhoven en versierde “General Stores” waar je terecht kunt voor allerlei Route 66 memorabilia.

Vannacht slapen we in Kingman, een andere Route 66 stad. Het oude centrum ademt de sfeer van de jaren ’50 uit, en we eindigen de dag met een milkshake in Mr. D’z Diner. Hier staat alles in het teken van Marylin Monroe en Elvis Presley, de stoelen zijn allemaal felroze of vrolijk turkoois, en de jukebox heeft nog een prominente plaats in het midden van de zaak. Het had een decor uit Pulp Fiction kunnen zijn.